Tweede Kamerlid Kees Verhoeven van D66 vroeg de minister van Justitie het volgende:
Klopt het dat Buma via haar wettelijke taak rond openbaarmaking een monopoliepositie heeft waardoor muzikanten die rechten willen innen geen keuze hebben dan gebruik te maken van de diensten van Buma/Stemra?
Minister Opstelten van Justitie antwoordde op 24 augustus 2011:
Op basis van artikel 30a van de Auteurswet heeft een bedrijf dat wil bemiddeleninzake het muziekauteursrecht, toestemming nodig van de Minister van Justitie. Tot op heden is die toestemming enkel verleend aan de vereniging Buma.
Buma beschikt hierdoor in Nederland feitelijk over een monopoliepositie. Muziekauteurs zijn overigens niet verplicht om de licentieverlening inzake de uitvoering van een werk in een radio- of televisieprogramma of uitvoering in het openbaar onder te brengen bij Buma. Het staat een auteur vrij om die taak zelf ter hand te nemen.
dinsdag 30 augustus 2011
donderdag 11 augustus 2011
KOSTEN VAN RECHTEN VOOR EEN KLEINE OMROEP
Radio 227 is een commerciële kabelzender die 9 jaar geleden is opgericht voor de 40+ groep als enkele 24/7 easy listening radiomuziekzender bestond. De zender heeft vanwege hoge kosten moeite het hoofd boven water te houden. Het CDA-Tweede Kamerlid Haverkamp vroeg minister Van Bijsterveldt om opheldering over de kosten. Zij antwoordde mede namens staatssecretaris Teeven van Justitie op 9 augustus jl. het volgende.
Kosten van Buma/Stemra (auteursrechten)
In 2010 konden ongeveer 850.000 kabelabonnees Radio 227 ontvangen. De zender had een gemiddeld muziekgebruik van meer dan 50%, zodat voor Buma voor 2010 de hoogste
minimumvergoeding is gefactureerd van € 14.257,05 (excl. BTW). Dat is per abonnee per jaar voor 2010 € 0,0167 en voor 2011 € 0,019. Het door Buma/Stemra voor radio- en televisieomroepen gehanteerde tarief bestaat uit een percentage van de omzet, waarbij het percentage afhankelijk is van de hoeveelheid muziek die wordt gebruikt, met een bepaald minimum. Indien er 100% muziek wordt gebruikt, is 10% van de omzet voor Buma. Daarnaast geldt er een minimumtarief dat afhankelijk is van het aantal aansluitingen en het gemiddeld muziekgebruik, hetgeen is uitgewerkt in staffels.
Sena (naburige rechten)
Radio 227 betaalt de minimumvergoeding van € 2.500,-. Voor de vaststelling van de minimumvergoeding worden de commerciële inkomsten van een radiostation als uitgangspunt genomen. De minimumvergoeding is in 2004 tot stand gekomen in overleg met de brancheorganisatie van de niet-landelijke radiostations (NLCR).
Rol overheid
De overheid heeft geen bemoeienis met de hoogte van de tarieven van bovengenoemde organisaties. De minister merkt daarbij op dat het Europese Hof van Justitie in de zaak Sena-NOS van 6 februari 2003 het aantal luisteraars als één van de criteria heeft genoemd waaraan de billijkheid van de te betalen vergoeding (het tarief) kan worden getoetst. Dit houdt in dat bij de vaststelling van de billijkheid rekening kan worden gehouden met de daadwerkelijke kijk- en luisterdichtheden. Onder omstandigheden kan volgens het Europese Hof van Justitie (Zaak Kanal 4 – TV5, 11 december 2008) het zelfs zo zijn dat het niet gebruiken van het actual audience criterium misbruik van machtspositie kan opleveren, met onbillijke tarieven als gevolg. Het ligt op de weg van de Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa) om eventueel te beoordelen of de door beheersorganisaties gehanteerde tarieven misbruik van machtspositie vormen in de zin van de Mededingingswet. Het staat partijen vrij om de billijkheid van het tarief ter beoordeling voor te leggen aan de rechter.
Kosten van Buma/Stemra (auteursrechten)
In 2010 konden ongeveer 850.000 kabelabonnees Radio 227 ontvangen. De zender had een gemiddeld muziekgebruik van meer dan 50%, zodat voor Buma voor 2010 de hoogste
minimumvergoeding is gefactureerd van € 14.257,05 (excl. BTW). Dat is per abonnee per jaar voor 2010 € 0,0167 en voor 2011 € 0,019. Het door Buma/Stemra voor radio- en televisieomroepen gehanteerde tarief bestaat uit een percentage van de omzet, waarbij het percentage afhankelijk is van de hoeveelheid muziek die wordt gebruikt, met een bepaald minimum. Indien er 100% muziek wordt gebruikt, is 10% van de omzet voor Buma. Daarnaast geldt er een minimumtarief dat afhankelijk is van het aantal aansluitingen en het gemiddeld muziekgebruik, hetgeen is uitgewerkt in staffels.
Sena (naburige rechten)
Radio 227 betaalt de minimumvergoeding van € 2.500,-. Voor de vaststelling van de minimumvergoeding worden de commerciële inkomsten van een radiostation als uitgangspunt genomen. De minimumvergoeding is in 2004 tot stand gekomen in overleg met de brancheorganisatie van de niet-landelijke radiostations (NLCR).
Rol overheid
De overheid heeft geen bemoeienis met de hoogte van de tarieven van bovengenoemde organisaties. De minister merkt daarbij op dat het Europese Hof van Justitie in de zaak Sena-NOS van 6 februari 2003 het aantal luisteraars als één van de criteria heeft genoemd waaraan de billijkheid van de te betalen vergoeding (het tarief) kan worden getoetst. Dit houdt in dat bij de vaststelling van de billijkheid rekening kan worden gehouden met de daadwerkelijke kijk- en luisterdichtheden. Onder omstandigheden kan volgens het Europese Hof van Justitie (Zaak Kanal 4 – TV5, 11 december 2008) het zelfs zo zijn dat het niet gebruiken van het actual audience criterium misbruik van machtspositie kan opleveren, met onbillijke tarieven als gevolg. Het ligt op de weg van de Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa) om eventueel te beoordelen of de door beheersorganisaties gehanteerde tarieven misbruik van machtspositie vormen in de zin van de Mededingingswet. Het staat partijen vrij om de billijkheid van het tarief ter beoordeling voor te leggen aan de rechter.
Abonneren op:
Posts (Atom)