donderdag 24 januari 2013

GEBREK AAN INZICHT SCHAADT AANZIEN AUTEURSRECHT

De laatste decennia en vooral de laatste jaren is er vaak iets te doen om auteursrecht. Het is volgens sommigen verouderd en volgens anderen overbodig. De oude instituties proberen parmantig de digitale wereld te behandelen alsof er nooit iets veranderd is en ontketenen daarom keer op keer stormen van kritiek. Recent was Buma/Stemra weer eens in het nieuws toen deze organisatie – voor de tweede keer overigens – aankondigde het embedden van video’s te gaan behandelen als een nieuwe openbaarmaking. De geschiedenis herhaalt zich. In de jaren 80 bleek dat het doorgeven via de kabel van tv-programma’s die oorspronkelijk alleen via de ether waren te ontvangen een nieuwe openbaarmaking opleverde. Sindsdien blijkt iedere techniek, iedere vernieuwing, iedere verandering een nieuwe openbaarmaking op te leveren. Tegelijkertijd worden er tarieven voor die openbaarmakingen gehanteerd die overeenkomen met de tarieven voor de oorspronkelijke openbaarmaking. Dat is vanuit de onzuivere redenering dat iedere openbaarmaking een nieuwe markt van gebruikers zou opleveren. Kortom, als een afzetmarkt uit een x aantal afnemers bestaat, dan kan dezelfde markt even later uit 5 keer zoveel afnemers bestaan. Inmiddels begint de situatie wat te kantelen, niet alles is meer een openbaarmaking, omdat volgens recente rechtspraak van het Europese Hof van Justitie de notie ‘publiek’ wat teveel uit het oog verloren is. Dat is één kant van het verhaal. Net als de werkelijkheid is het recht voortdurend in beweging en veranderen regels onder invloed van gewijzigde ethische of politieke opvattingen. Daarom moeten het recht en de daarop gebaseerd regels geïnterpreteerd worden. Ook die interpretatie is geen statische aangelegenheid. Wie zich beroept op “regels zijn regels” heeft er niet veel van begrepen. Gelijke gevallen gelijk behandelen, het zgn. gelijkheidsbeginsel, houdt geenszins in dat ongelijke gevallen ook gelijk behandeld moeten worden, vooral niet als dat tot ongelijke of onredelijke gevolgen leidt. Minstens zo belangrijk is het belang dat beschermd moet worden. Keren we terug naar het auteursrecht. Wat is dat ook alweer? Dat is het recht van de maker van muziek, een boek of een film om te bepalen wat er gebeurt met het product dat hij gemaakt heeft. Hij kan zeggen: ik houd het lekker allemaal voor mezelf. Hij kan ook zeggen: ik vind het goed dit product openbaar gemaakt wordt via radio, televisie, internet of in een theater en ik vind het ook goed dat het wordt vastgelegd op bijvoorbeeld een cd, dvd of in boekvorm. Kort samengevat: het recht van de maker om beloond te worden voor zijn creatieve prestaties. Even los van de vraag of het slim is het beheer van je rechten aan een organisatie als Buma/Stemra over te dragen, zo’n organisatie zal rekening moeten houden met de belangen van de maker. Een van die belangen is dat het recht van de maker niet onder druk komt te staan door maatschappelijke weerstanden. Die ontstaan door een gebrek aan inzicht in de werkelijkheid en in de werking van het recht, en dat is schadelijk voor het aanzien van het auteursrecht.